Zoeken
Sluit dit zoekvak.

Blauwe Kiekendieven in de duinen – hoe lang nog?

Mannetje blauwe kiekendief - Fotograaf Adriaan Dijksen
Mannetje blauwe kiekendief – Fotograaf Adriaan Dijksen

De zon is nog net niet op. Door sterke afkoeling van de bodem hangt er In de duinvalleien een dichte mist. Spookachtig als uit het niets duikt plots een vogel op. Een roofvogel! Met lange en slanke vleugels vliegt hij langzaam dicht boven de begroeiing. Maar net zo onverwacht als hij kwam, verdwijnt hij weer in de nevel. “Vrouwtje blauwe kiek”, mompelt de doorgewinterde duinvogelaar.

Een uurtje later, als de zon stevig schijnt en de mist is opgetrokken, laat de vogel zich beter zien. Inderdaad een blauwe kiekendief: overwegend bruin, lange gevingerde vleugels, onderzijde van de vleugels met donkere banen richting de donkere vingers. De witte stuit, tussen rug en staart, is als de vogel zwenkt goed te zien. Het wordt helemaal mooi als ook een mannetje zich laat zien. Een vrij lichte, grijsblauwe vogel met zwarte vleugelpunten.

Zeldzame broedvogel

Het is niet vreemd dat die vroege vogelaar zowel man als vrouw zag want hij liep in de duinen op een Waddeneiland. Daar kun je deze zeldzame broedvogel nog tegen komen. Zeldzaam is hij zeker. In de afgelopen jaren werden in ons land niet meer dan 10 broedparen per jaar gevonden, verspreid over de duinen van enkele Waddeneilanden en akkers in Noord-Groningen. Dat was vroeger anders, hoewel hij nooit heel talrijk was. In de jaren veertig van de vorige eeuw werd Ameland als eerste van de Waddeneilanden bezet. Van daaruit breidden de kiekendieven zich uit naar de andere eilanden en nam ook hun aantal toe. Texel was het laatst aan de beurt. Het eerste broedgeval werd daar in 1978 vastgesteld om in de jaren 80 en 90 te groeien naar 25 paren! In het hele land werden toen circa 120 paren geteld. Maar 10 jaren later zette overal een snelle afname in. Met als resultaat de schamele 10 paren die nu nog over zijn.

Blauwe kiekendief - Fotograaf Adriaan Dijksen
Blauwe kiekendief – Fotograaf Adriaan Dijksen

Van de herfst tot in het voorjaar kunnen we verspreid over het hele land wintergasten uit het noorden zien. Dan is het dus iets makkelijker de soort tegen te komen. Van onze eigen broedvogels blijven de meeste hangen. Ze zwerven wat rond, zeker de jongen. De oude vogels blijven zelfs in de buurt van de broedplaatsen. Die ‘buurt’ moeten we ruim zien. Op vele kilometers afstand van de exacte broedplaats wordt voedsel gezocht. Niet alleen in de duinen of in natuurgebieden, maar ook in het boerenland langs slootranden en bosjes. Dat doen ze ook nog in de broedtijd. Toen er nog op Texel meerdere paren nestelden, vloog een mannetje zelfs geregeld over het Marsdiep om in de noordelijke duinen van Noord-Holland te jagen.

Man en vrouw

Heb je het geluk man en vrouw samen te zien dan valt naast het verschillend uiterlijk ook het verschil in grootte op. Het vrouwtje is een stuk groter dan het mannetje. Weegt een man circa 350 gram, een vrouw haalt soms wel 510 gram. De mannetjes jagen op relatief kleine prooien. De vrouwtjes kunnen een meer forse buit bemachtigen. Daarmee heeft een paar samen keuze uit een groter aantal mogelijke prooien. Van muizen en zangvogeltjes tot bijvoorbeeld ratten en jonge konijnen. Het mannetje verzorgt, dat wil zeggen voert, het vrouwtje gedurende de hele broedtijd. De overdracht van prooi vindt hoog in de lucht plaats. Man komt met voer richting nest aan, vrouw ziet hem en vliegt hem tegemoet. Eenmaal onder het mannetje gekomen, laat hij de prooi los en vangt zij het uiterst behendig op. Een spectaculair gezicht!

Vrouwtje blauwe kiekendief - Fotograaf Adriaan Dijksen
Vrouwtje blauwe kiekendief – Fotograaf Adriaan Dijksen

Extra zorg is nodig

Omdat er nog maar zo weinig blauwe kiekendieven in ons land broeden, wordt de soort met extra zorg beschermd. Waarnemingen worden bijvoorbeeld niet meer openbaar gedeeld op Waarneming.nl. Broedt een paar toevallig dicht langs een weg dan wordt parkeren daar onmogelijk gemaakt. Vooral vogelfotografen kunnen door hun bijna constante aanwezigheid voor verstoring zorgen. Natuurbeschermers en –beheerders proberen er door onderzoek achter te komen waarom de soort zo snel in aantal achteruit ging en of daar iets aan te doen is. Dat blijft ongewis. In die 50 jaar waarin de blauwe kiekendief plotseling zo’n succes had en daarna weer zeldzaam werd, is Nederland en onze natuur sterk veranderd. Misschien gaat het toch wel zoals in de inleiding van dit verhaal: met langzame vleugelslag verdwijnt hij in de mist. Voor ons land definitief?  

Tekst: Adriaan Dijksen. Adriaan is vogelaar, duinconsulent en redacteur Duin, medesamensteller van de rubriek DwarsdoordeDuinen

Dit artikel verscheen in Duin. Wil je meer weten over de ontwikkelingen langs de Nederlandse kust? Word donateur en ontvang Duin voortaan elk kwartaal. Of vraag een gratis proefexemplaar aan.

Gerelateerde berichten

Op 29 oktober 2024 is Gerrit-Jan de Bruyn (bijgenaamd de Buizerd) op 92-jarige leeftijd overleden. Gerrit-Jan was een pionier op het gebied van natuur en natuurbescherming en heeft zich jarenlang ingezet voor Stichting Duinbehoud.
De sneeuwgors is een echte wintergast. Het is een goed herkenbare vogel. Hij is niet zo moeilijk te spotten, als je maar weet waar je moet zoeken: in kleine, schaars begroeide duintjes op het strand.
Een geasfalteerde dienstweg en een asfaltvloer van een fietsenstalling  worden verwijderd om de grond terug te geven aan de natuur.