In Dol op de Duinen zetten we elke maand een vrijwilliger of betrokkene van Stichting Duinbehoud in de schijnwerpers. Zij vertellen waarom de duinen een speciale plek in hun hart hebben. Deze keer: Hans Turlings, duinconsulent.
“Voor mij was leven vlakbij zee iets nieuws”, vertelt duinconsulent Hans Turlings, een Limburger van in de zeventig, die inmiddels alweer bijna tien jaar in Wijk aan Zee woont. “Ik kwam uit Midden-Limburg, waar je toch meer richting een landklimaat gaat, maar ik raakte gefascineerd door de natuur hier in het Noord-Kennemerland. Die is zo anders dan ik gewend was.”
Hans komt uit de wereld van de podiumkunsten en het was een kunstproject dat hem tien jaar geleden voor het eerst kennis liet maken met het binnenduinlandschap van beken en rellen. Hij licht toe: “Mijn partner had voor dat kunstproject op landgoed Westerhout in Beverwijk een heel groot schilderij gemaakt. In de binnenduinrand waren toen allerlei kleine optredens. Iemand las bijvoorbeeld gedichten voor en er zaten muzikanten in een boom te spelen. Zo ontdekte ik door de kunst dat dit echt een heel bijzonder gebied is.”
Oer-IJ
Toen zijn belangstelling voor het gebied eenmaal gewekt was, begon Hans zich ook te verdiepen in de ontstaansgeschiedenis. Hij kocht de Atlas van het Oer-IJ waarin je kunt lezen over hoe het landschap en de duinen zijn gevormd. “Heel Noord-Holland is door mensenhanden gemaakt”, vertelt hij, “behalve de duinrand. Die is door zand uit zee ontstaan. Dorpen als Beverwijk, Heemskerk, Egmond en Limmen en een stad als Alkmaar zijn gebouwd op zandruggen die ooit strandwallen waren.”
Subsidieaanvragen en zienswijzen
In de loop der jaren heeft Hans flink wat kennis opgebouwd over het gebied. Dus toen de Vereniging tot Behoud der Duinen in en om Wijk aan Zee vier jaar geleden een voorzitter zocht, stelde hij zich beschikbaar. De laatste twee jaar is hij daarnaast ook werkzaam als duinconsulent bij Stichting Duinbehoud.
Vooral de ruimtelijke ordeningskant vindt hij interessant. “Naast theaterprogrammering heb ik altijd veel bestuurlijk werk gedaan in de kunst- en cultuursector. Dan krijg je te maken met het schrijven van subsidieaanvragen. Het schrijven van een zienswijze kun je daar wel een beetje mee vergelijken.”
“Ik heb voor mijn werk altijd veel stukken moeten lezen en strategisch denken is mij ook niet vreemd. En of je je nu inzet voor kunstbeleid of voor natuurbeleid, de mechanismen zijn zo’n beetje hetzelfde. Bij allebei gaat het over iets maatschappelijks dat het moeilijk heeft. Dat interesseert me.”
Zeedorpenlandschap
“Ik hou erg van het zeedorpenlandschap, dat is ontstaan rondom dorpen waar vissers woonden. Egmond aan Zee en Wijk aan Zee zijn enkele voorbeelden en ook in Zuid-Holland heb je een aantal van die plaatsen. Als de vissers terugkwamen van zee, legden zij hun netten te drogen in de omgeving van het dorp. Daar hadden zij ook hun duintuintjes waar zij aardappelen en andere gewassen verbouwden. Daardoor ontstond een vermenging die leidde tot een typisch soort plantengroei. Je komt hier in het duingebied bijvoorbeeld wilde asperges tegen. Die zijn ooit in de omgeving gepoot.”
Typisch is ook het hondskruid, een orchideeënsoort die in Nederland alleen hier en in Zuid-Limburg voorkomt. Andere kenmerkende planten in de omgeving van Wijk aan Zee zijn de zee wolfsmelk en de blauwe zeedistel. Ook de zandhagedis en de tapuit horen bij de kalkrijke zandgronden waarop het zeedorpenlandschap is ontstaan. Toch is Hans niet de grootste kenner van flora en fauna, geeft hij toe. “Wat dat betreft voel ik me soms wel een beetje een vreemde eend in de bijt tussen de duinconsulenten.”
Geen millimeter meer
Als duinconsulent heeft hij de komende tijd te maken met een aantal belangrijke ruimtelijke ordeningskwesties. Een van de voorbeelden is de herontwikkeling van het gebied De Vlotter in de buurt van Heemkerk. Daarbij worden oude tuinderijgebiedjes omgevormd tot natuurgebied. Hans: “Dat is voor een deel een uitruil voor een groot bos dat is gekapt aan de rand van het terrein van Tata Steel. Daar wordt nu een enorm transformatorstation gebouwd.”
Een trieste constatering is dat veel van het duinlandschap in zijn regio door de jaren heen is opgeslokt door de industrie. “Dat beetje wat er nog over is, koesteren we. Het geeft mij de passie en de guts om mij in te zetten voor die ruimtelijke ordeningstrajecten. We doen hard ons best om ervoor te zorgen dat hier geen millimeter natuur meer verloren gaat.”