Zoeken
Sluit dit zoekvak.

Water: wereldwijd in de hoofdrol

Fotograaf: Paulus Hook
Fotograaf: Paulus Hook

Op 29 juni is de jaarlijkse International Sand Dune Day, ofwel Dag van de Duinen. Dit jaar staat het thema klimaat centraal. Hoe houden we droge voeten, beheersbare temperaturen en voldoende en schoon water? Deze vraagstukken zijn groot en complex, en vragen om een integrale en mondiale aanpak. Nederland heeft daar internationaal een belangrijke voortrekkersrol in. Er moet nog veel gebeuren om het tij te keren.

Op verzoek van een aantal ministeries is het Planbureau voor de Leefomgeving (PBL) acht jaar geleden begonnen om mondiale kennis over water en klimaat te bundelen en een knelpuntenanalyse te maken. Willem Ligtvoet gaf als programmamanager acht jaar leiding aan dit project. Samen met een heel aantal Nederlandse en universitaire kennisinstituten en een bescheiden budget is hij begonnen kennis te verzamelen en te ordenen. “Water zit overal in en speelt in veel economische processen en in de natuur een belangrijke rol,” vertelt hij, “maar toch zijn er vreemd genoeg nauwelijks internationale doelstellingen of afspraken over water”

Kort gezegd zijn de knelpunten: te veel (overstromingen), te vies (vervuiling) en te weinig water (droogte door wateronttrekking en klimaatontwikkeling). De eerst analyse van het PBL gaf aan dat er veel onderzoek wordt gedaan en versnipperd kennis aanwezig is. Ministeries en landen werken vaak langs elkaar heen. Dat vraagt om focus en gezamenlijke doelen en afspraken. In een vervolgstudie zijn de oplossingsrichtingen en maatregelen om negatieve trends om te buigen uitgewerkt. Dit leidde tot vier scenario’s, variërend in ambitieniveau. De resultaten van deze studies staan in twee samenhangende rapporten: zie kader.

Water en duurzaamheid

Hoe begin je aan zo’n veelomvattende en ingewikkelde opgave? “Ik ben gestart met een stip op de horizon te zetten”, gaat Willem verder. “Aan de kennisinstituten hebben we gevraagd te beschrijven hoe zij oplossingen zien en welke maatregelen daarbij nodig zijn. Zo wordt stap voor stap duidelijk hoe een ambitieuze duurzame ontwikkeling eruit kan zien waarin water, landgebruik, economie en natuur meer met elkaar in balans zijn. Om het internationaal beleidsmatig in te kaderen, is de koppeling gemaakt met de mondiale duurzaamheidsdoelen (‘Sustainable Development Goals’, SDG’s), die voortkomen uit de grote internationale conventies en in 2015 in Parijs zijn vastgesteld. Water heeft met alle SDG’s te maken.”

Zoet water is schaars

Willem is een beelddenker en dat is terug te zien in de rapporten. Ze bevatten veel cijfers, maar ook toegankelijke infographics die de informatie voor beleidsmakers begrijpelijk maken. Ook de weergave van de verdeling zoet en zout water op aarde spreekt boekdelen: 2,5% is zoet water, de rest is zout. Van deze 2,5 % is bijna 70% opgeslagen als sneeuw en ijs, zo’n 30% is grondwater en slechts 0,3 % zit in rivieren en meren. Daar moeten we het dus met zijn allen mee doen.

Rivieren, kusten en delta’s

De oplossing in beeld gebracht voor kustdelta's
De oplossing in beeld gebracht voor kustdelta’s

“Nederland is de wereld in het klein,” vervolgt Willem, “onze problemen spelen elders ook, dus veel van onze kennis is te vertalen naar andere gebieden. Maar we kunnen ook leren van anderen, vooral van lokale kennis.” Het rapport beschrijft maatregelen voor vier basislandschappen: rivierstroomgebieden, delta’s en kusten, droge gebieden en steden. We lopen er een paar door.

Atollen worden direct bedreigd door zeespiegelstijging - Fotograaf Gerrit van Ommering
Atollen worden direct bedreigd door zeespiegelstijging – Fotograaf Gerrit van Ommering

Grote rivieren zorgen voor een gestage aanvoer van sediment, wat een kustdelta opbouwt. Zo is ook de Nederlandse delta ontstaan. Maar door een grote dam bij Bazel blijft tegenwoordig een groot deel van het sediment dat de Rijn anders naar onze kust zou brengen nu daar liggen. En dat terwijl onze kust vanwege de zeespiegelrijzing juist de komende eeuwen veel zand nodig heeft om mee te kunnen groeien. Dat halen wij nu uit zee.

Ook wereldwijd speelt dit probleem. In veel landen worden enorme stuwdammen in rivieren gebouwd. Dat levert waterspaarbekkens en schone stroom op, maar heeft als groot nadeel dat riviersystemen ecologisch ernstig aangetast worden en de sedimentstroom naar de laaggelegen deltagebieden sterk afneemt. Daarbij wordt uit rivieren ook nog veel zand gewonnen voor de aanleg van wegen en stedenbouw. De zandtoevoer naar veel – dichtbevolkte en kwetsbare – delta’s is dan ook veel te gering, wat samen met de gestage zeespiegelstijging leidt tot een grote kans op overstromingen. Onze delta is door duinen en dijken voorlopig nog heel goed beschermd, met een overstromingskans van eenmaal in de 10.000 jaar (kust) tot 4000 jaar (rivierengebied). Maar die luxe geldt voor de delta’s in andere landen zeker niet.

Steden als hotspot

Strand van Philipsburg, Sint Maarten - fotograaf Gerrit van Ommering
Strand van Philipsburg, Sint Maarten – fotograaf Gerrit van Ommering

Grote miljoenensteden liggen meestal in een laaggelegen delta. Het zijn hotspots voor de waterproblematieken. De drinkwatervraag is er groot, maar ook de watervervuiling. De bodem daalt er door grondwateronttrekking voor drinkwater, en klinkt in door ontwatering (landbouw) en bebouwing. Dit zorgt – weer in combinatie met zeespiegelstijging – voor grote overstromingsrisico’s. Jakarta zakt bijvoorbeeld zo hard weg dat er een nieuwe hoofdstad op een andere plek wordt ontwikkeld. Ook in ons land is bodemdaling een probleem. Onze veengrond klinkt in en dit leidt onder andere tot omvangrijke funderingsschades. Langs de binnenduinrand zitten we op het zand en achter de beschermende duinen de komende eeuw nog wel goed. Maar in veel steden in West-Nederland is de verzakking van huizen al een acuut probleem. Overal ter wereld zal in steden het terugdringen van de grondwateronttrekking en een ander waterpeilbeheer nodig zijn. Het schema onder aan de bladzijde laat de oplossingsrichtingen voor deze problematiek zien.

Internationale afspraken nodig

Deze ingrijpende oplossingen vragen om (inter)nationale aandacht en afspraken: vooral de minder ontwikkelde landen hebben financiële ondersteuning nodig om de water- en klimaatproblematiek aan te pakken. De Waterconferentie van de Verenigde Naties in New York (maart 2023), waar het PBL-rapport is gepresenteerd, en de COP28 klimaatconferentie in Dubai (december 2023), hebben de aandacht voor water enorm versterkt. Over twee jaar, op de klimaatconferentie COP30, zullen landen hun inzet op water en klimaatadaptatie moeten presenteren – een moment om naar uit te kijken!

Roosvenster: de koppeling van waterdoelen aan de internationale duurzaamheidsdoelen, de SDG's
Roosvenster: de koppeling van waterdoelen aan de internationale duurzaamheidsdoelen, de SDG’s

Het PBL geeft aanbevelingen, maar waarschuwt ook. Vrede, goed bestuur, rechtvaardigheid en overeenstemming over de te bereiken doelen en maatregelen zijn cruciaal om te komen tot een beter gebalanceerd ecologisch systeem met win-win voor mens en natuur.  “Aan de kennis ontbreekt het niet” verzucht Willem, “en de afgelopen jaren is er veel support en lobby vanuit de betrokken Nederlandse ministeries en kennisinstituten geweest.” Maar de praktijk is weerbarstig. De intenties op de laatste klimaattop in Dubai waren goed, maar concrete doelen en afspraken ontbreken nog. Zo zijn er geen afspraken gemaakt over de termijn waarop een en ander bereikt zou moeten zijn en over de financiële bijdragen van de rijkere landen aan de minder ontwikkelde landen. Hij maakt zich dan ook duidelijk zorgen, ook over Nederland: ”Momenteel is politiek heel onzeker welke wind er gaat waaien. Een daadwerkelijke omslag naar ‘Water en bodem sturend’ is ook in ons land dringend nodig.” Toch blijft hij optimistisch: “Met de mondiale Waterconferentie in New York hebben de Verenigde Naties water verder op de agenda gezet. En tijdens de COP28 in Dubai, is water als prioriteit voor het klimaatbeleid aangewezen. Deze internationale aandacht voor water is mede te danken aan de inzet van Nederland en onze watergezant. Het is uniek dat Nederland daarbij als klein land zo’n invloedrijke positie inneemt. Rationeel gezien is het glas half leeg, maar mijn hart zegt me dat het half vol is: we moeten positief blijven denken en ons inzetten voor deze goede zaak. Dat zijn we aan de toekomstige generaties verplicht”.

Foto’s: Gerrit van Ommering en Paulus Hook

Infographics: Planbureau voor de leefomgeving

Tekst: Hanneke Mesters. Hanneke is eindredacteur van Duin

Programmaleider Wim Ligtvoet - Fotograaf Hanneke Mesters
Programmaleider Wim Ligtvoet – Fotograaf Hanneke Mesters

Willem Ligtvoet was tot 24 oktober 2023 Programmaleider Water, Klimaat en Ruimte bij het Planbureau voor de Leefomgeving. Hij is nu met pensioen.  

Alle Infografics: Ligtvoet W. et al. (2023). The geography of future water challenges; bending the trend, Den Haag: Planbureau voor de Leefomgeving.

Het is ondoenlijk om alle partners, gegevens en plaatjes uit dit omvangrijke project hier weer te geven.  Het rapport ‘The Geography of Future Water Challenges’ gaat over de knelpunten en opgaven en ‘Bending the trend’ beschrijft de mogelijke oplossingen. Ze zijn samen met de beleidssamenvatting gratis te downloaden of als rapport aan te vragen op: https://www.pbl.nl/en/publications/geography-of-future-water-challenges

Meer lezen over delta’s en kusten: https://themasites.pbl.nl/future-water-challenges/shortread

Gerelateerde berichten

Op 29 oktober 2024 is Gerrit-Jan de Bruyn (bijgenaamd de Buizerd) op 92-jarige leeftijd overleden. Gerrit-Jan was een pionier op het gebied van natuur en natuurbescherming en heeft zich jarenlang ingezet voor Stichting Duinbehoud.
De sneeuwgors is een echte wintergast. Het is een goed herkenbare vogel. Hij is niet zo moeilijk te spotten, als je maar weet waar je moet zoeken: in kleine, schaars begroeide duintjes op het strand.
Een geasfalteerde dienstweg en een asfaltvloer van een fietsenstalling  worden verwijderd om de grond terug te geven aan de natuur.